De helling van de rol wordt meestal aangepast met een handwiel aan de achterkant van de lintzaag.

Draai de borgmoer op het handwiel los zodat u de helling kunt aanpassen. Om de loop van het lintzaagblad aan te passen, draait u de bovenste rol langzaam met één hand. Het zaagblad moet zo centraal mogelijk op de rol lopen. Als het zaagblad de neiging heeft naar achteren te lopen, moet de rol iets naar voren worden gekanteld (B). Als de band naar voren loopt en van de rol dreigt af te springen, moet de bovenste rol naar achteren gekanteld worden (A). Als het lintzaagblad ook na meerdere omwentelingen in het midden op de rol loopt, kunt u de instelling op het handwiel fixeren met de borgmoer.

Het zaagblad wordt uitgelijnd door de bovenste rol te kantelen.